Er was eens, niet zo lang geleden, op een plek hier niet zo heel ver vandaan, een prachtig katje, Flore genaamd. Flore woonde, samen met haar twee pleegzusjes – die gelukkig niet gemeen en ook niet lelijk waren – ergens waar het niet zo fijn leven was. Ze hadden geen dak boven hun hoofd, geen eten, geen verzorging, geen eigenaars. Maar toen, op een magische dag, dook er een goede fee op. Zij nam Flore en haar pleegzusjes mee naar een prachtige, warme en liefdevolle plek in het huis van een reuzenfamilie waar de meisjes alles kregen wat hun hartje maar begeerde. Flore’s zusjes voelden zich er al snel thuis, maar na die slechte start in het leven kon het bange, verlegen hartje van Flore die reuzen – ‘mensen’, had de fee hen genoemd - niet vertrouwen. Ze had nog nooit een reus van dichtbij gezien, zo groot en intimiderend als ze waren, en ook al leken ze het wel goed te menen, Flore ging hen liever uit de weg. Ze sloot wel vriendschap met de andere katjes die bij de reuzen woonden, en wanneer Flore hen en haar pleegzusjes enthousiast zag knuffelen en spelen met de reuzen wilde ze stiekem heel graag meedoen, maar steeds won haar wantrouwen voor die gigantische wezens het weer. Tot de dag waarop Flore opeens erg ziek werd. De niesziekte zorgde ervoor dat ze zich miserabel voelde, maar tot haar grote verbazing hielpen de reuzen haar. Ze zorgden er met hun magische brouwsels en in haar oor gefluisterde toverspreuken voor dat Flore zich beter ging voelen, en toen besefte ze opeens dat die reuzen helemaal niet zo slecht waren als ze altijd had gedacht. Ze bleken liefdevol, meelevend en zorgzaam te zijn. Toen gooide de dappere Flore al haar angst van zich af en bloeide ze open als de bloem waarnaar ze vernoemd is. Haar hart, dat zo lang achter slot en grendel had gezeten, ging wagenwijd open, en ze gaf het maar wat graag aan die enorme tweebeners die ze ooit zo griezelig had gevonden. Flore liet zich uitgebreid door hen aaien, sliep bij hen op bed en deed zelfs van neusje-neusje met hen. Ze ging zelfs zoveel van die reuzen houden dat ze besloot op zoek te gaan naar een huisje waar ze voor altijd dicht bij hen zou kunnen wonen. In haar dromen kon Flore dat huisje al voor zich zien: een rustige plek waar ze de tijd zou krijgen om zich op haar gemak te gaan voelen en met een speelkameraadje om in de toekomst nog vele mooie, nieuwe avonturen mee te beleven. Mag Flore haar ‘en ze leefde nog lang en gelukkig’ bij jou komen beleven? Stuur dan snel een mailtje en schrijf samen met Flore mee aan het volgende hoofdstuk van haar sprookje!
Wilt u meer info over deze poes? Mail ons dan nu!
|